Wetboek-online maakt gebruik van cookies. sluiten
bladeren
zoeken

Wijzigingswet Wet luchtvaart (inrichting en gebruik van de luchthaven Schiphol)

 

Artikel XII (Overgangsbepaling geluidbelasting)
1
Bij de vaststelling in het eerste luchthavenverkeerbesluit van de grenswaarden voor de geluidbelasting wordt voor wat betreft de belasting gedurende het gehele etmaal in de in artikel 8.17, vijfde lid, onderdeel b, van de Wet luchtvaart bedoelde punten, gebruik gemaakt van de Lden als geluidbelastingindicator. Daarbij worden de volgende regels gehanteerd in verband met de overgang van Ke naar Lden:
a
op een wijze die overeenstemt met de voorschriften zoals die gelden tot de inwerkingtreding van artikel II worden een 20 Ke-contour en een 35 Ke-contour berekend;
b
het aantal ernstig gehinderden binnen de 20 Ke-contour bedraagt maximaal 45 000, vastgesteld overeenkomstig de wijze waarop dit aantal in de PKB Schiphol en Omgeving is vastgesteld;
c
de 35 Ke-contour omvat maximaal 10 000 woningen, vastgesteld overeenkomstig de wijze waarop dit aantal in de PKB Schiphol en Omgeving is vastgesteld;
d
de ligging van deze contour vormt het uitgangspunt voor de bepaling van de ligging van de punten waarop de grenswaarden van toepassing zijn;
e
aan de hand van de gegevens die gebruikt zijn voor de berekening van deze contour, wordt voor deze punten een berekening gemaakt van de geluidbelasting met de Lden als geluidbelastingindicator;
f
de aldus gevonden geluidbelastingen in deze punten vormen de grondslag voor de bepaling van de hoogte van de grenswaarden in de punten.
2
Bij de vaststelling in het eerste luchthavenverkeerbesluit van de grenswaarden voor de geluidbelasting wordt voor wat betreft de belasting gedurende de nacht in de in artikel 8.17, vijfde lid, onderdeel b, van de Wet luchtvaart bedoelde punten, gebruik gemaakt van de Lnight als geluidbelastingindicator. Daarbij worden de volgende regels gehanteerd in verband met de overgang van LAeq naar Lnight:
a
op een wijze die overeenstemt met de voorschriften zoals die gelden tot de inwerkingtreding van artikel II worden een 20 dB(A) LAeq-contour en een 26 dB(A) LAeq-contour berekend;
b
het aantal mensen dat slaapverstoring ondervindt binnen de 20 dB(A) LAeq-contour bedraagt maximaal 39 000, vastgesteld overeenkomstig de wijze waarop dit aantal in de PKB Schiphol en Omgeving is vastgesteld;
c
de 26 dB(A) LAeq-contour omvat maximaal 10 100 woningen, vastgesteld overeenkomstig de wijze waarop dit aantal in de PKB Schiphol en Omgeving is vastgesteld;
d
de ligging van deze contour vormt het uitgangspunt voor de bepaling van de ligging van de punten waarop de grenswaarden van toepassing zijn;
e
aan de hand van de gegevens die gebruikt zijn voor de berekening van deze contour, wordt voor deze punten een berekening gemaakt van de geluidbelasting met de Lnight als geluidbelastingindicator;
f
de aldus gevonden geluidbelastingen in deze punten vormen de grondslag voor de bepaling van de hoogte van de grenswaarden in de punten.
3
Het eerste en tweede lid zijn van overeenkomstige toepassing op de bepaling van een grenswaarde voor het totale volume van de geluidbelasting, met dien verstande dat:
a
bij de vaststelling in onderdeel c van die leden geen toeslag voor wisselende meteorologische omstandigheden wordt gehanteerd;
b
ten aanzien van de verzameling van punten, bedoeld in onderdeel d van die leden, slechts één grenswaarde wordt vastgesteld;
c
de ligging van deze punten mede bepaald kan worden door een herschikking met het oog op een vaststelling van een grenswaarde die onafhankelijk is van de verdeling van de geluidbelasting over de omgeving.


Jurisprudentie bij dit artikel

  • Hieronder wordt een selectie van de bijbehorende jurisprudentie getoond.

  • Geen resultaten gevonden voor de door u opgegeven zoek termen.
  •